Nenad de balling

Herman Divendal, 2006-02-09


Bijna tien jaar geleden heb ik Nenad voor het eerst leren kennen.
Ik kwam met hem in contact niet als musicus, maar als balling.
Op 7 juni 1996 stapte Nenad het kantoor binnen.
Het liefst wilde hij ons niet lastig vallen.
Maar toch: hij had een probleem. Of liever gezegd: een paar problemen.
Hij had geluk, dat ik persoonlijk even geen tijd voor hem had.
Eerlijk gezegd had ik mijn buik even vol van alle ellende die mensen uit de Balkan in hun rugzak met zich meesleepten. Het ware beter wanneer zijn eerste ontmoeting bij AIDA een 'open gesprek' zou zijn.
Hij werd allervriendelijkst te woord gestaan door Esther, de toenmalige vrijwilligster bij AIDA.
Tijdens het eerste gesprek van balling Nenad met Esther bleek, dat hij inmiddels al een jaar of drie in Nederland rondliep.
Om precies te zijn: sinds 1 oktober 1993.
Eerst had hij een brief geschreven aan de Nederlandse regering om een verblijfsvergunning aan te vragen.
Toen hij niets van de regering terughoorde, heeft hij zich op 16 mei 1994 gemeld bij het Hoofd Plaatselijke Politie Amsterdam.

Vanaf dan stapelden zich de problemen op. Iedere vluchteling zal het herkennen:
Nenad vertelde aan Esther dat hij problemen heeft met de procedure.
- Dat de Vreemdelingdienst op 14 december 1995 zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning heeft geweigerd, terwijl hij toch al twee jaar in Nederland woont.
- Dat zijn uitkering werd stopgezet, terwijl de juridische bezwaarschrift procedure nog loopt.
- Dat hij wel een advocaat heeft, maar dat hij ontevreden is over de advocaat.
- Dat hij informeel contact heeft met twee andere advocaten voor een second opinion, maar dat hij niet weet of één van de twee zijn zaak wil overnemen.

Met een engelachtig geduld heeft Esther de verschillende problemen aangehoord, gefileerd en samen met hem in te ondernemen banen geleid.
Esther en Nenad namen drie zaken onder hun hoede:
- inschrijving voor een studie Slavische Talen;
- de mogelijkheden van studiefinanciering voor een persoon zonder verblijfsvergunning;
- het oppakken van zijn carrière als musicus of als docent muziek.

Ondertussen zou ik mij verdiepen in zijn juridische aanvraag.
Ik kan u om te beginnen met redelijke zekerheid zeggen, dat elke vluchteling die een afwijzing krijgt op zijn aanvraag zich tot op het bot vernederd en miskend voelt.
Ook voor Nenad moet dat het geval geweest zijn, alhoewel hij dit nooit met zoveel woorden heeft gezegd. Hij praatte er liever niet over. Maar het moet toch even worden verwoord, dus doe ik het maar.

Toen de oorlog op de Balkan uitbrak was Nenad 33 jaar. Hij woonde in Vinkovci, in de verre oosthoek van Kroatië, een stadje met ruim 35000 inwoners.
Ik probeer - al is het maar bij benadering - uit te zoeken, wat er in Vinkovci is gebeurd.
Toen voor Nenad de oorlog uitbrak werkte hij in Vinkovci als muziekdocent.
De oorlog op de Balkan is op twee plaatsen begonnen:
In de streek rond Dubrovnik. En in de omgeving van Vukovar, Vinkovci ligt daar vlakbij.
Vinkovci is in de oorlog op de Balkan de eerste plaats geweest die bestookt werd met mortiergranaten.
Vanaf 19 juli 1991 werd het stadje onophoudelijk gebombardeerd met clusterbommen van napalm en fosfor. De inwoners werden op 14 september gemaand om hun schuilkelders in te gaan. Daar hebben zij ruim drie maanden gezeten.
De stad werd min of meer vernietigd boven hun hoofden. Scholen - en het plaatselijke ziekenhuis - werden kapotgeschoten. De stadsbibliotheek met meer dan 80.000 boeken werd platgebrand. Het Museum en de kunstgalerie in de stad werden met de grond gelijk gemaakt.
Het aantal burgerslachtoffers is enorm. Iedereen die zijn huis verliet, om wat melk en brood te kopen, om een krant te bemachtigen, werd genadeloos neergeschoten.

Daarna lees ik de afwijzing op zijn asielaanvraag:
"Verzoeker is weliswaar van Servische afkomst, maar heeft niet aannemelijk gemaakt dat zijn leven in Kroatië onhoudbaar is geworden.
De vrees van verzoeker om te worden ingezet tegen eigen volk of familie is eveneens niet gegrond, daar sinds het tussen de in voormalig Joegoslavië strijdende partijen gesloten Dayton Akkoord in Kroatië geen gevechtshandelingen meer plaatsvinden".

Blijkens de stukken verbaasde Nenad zich erover dat hij wordt afgewezen terwijl anderen met een soortgelijke aanvraag, maar dan vóór het Dayton Akkoord wel in aanmerking waren gekomen.
Tot in hoogste instantie vond men dit argument niet terzake doen - en nu citeer ik de rechter - "Aangezien Nenad Banda geen nadere gegevens heeft verstrekt over welke personen dat dan zou gaan, en dat dus niet nagegaan kan worden of er in dat geval inderdaad sprake zou kunnen zijn van een gelijkheidsbeginsel".

Om moedeloos van te worden.
Toen ik de stukken doornam, kwam ik er achter, dat Nenad uitdrukkelijk geen politiek asiel had aangevraagd.
Hij wilde uitsluitend een verblijfsvergunning krijgen op grond van humanitaire redenen.
Ik kan dat mij in zijn situatie van harte voorstellen.
Politiek, daar hield Nenad zich verre van.
Voor hem is politiek onlosmakelijk verbonden met etnische of religieuze haat, met machtsuitoefening, tot op het fascistoïde af.
Maar handig is het niet.
Want wat begrijpt een ambtenaar van de Nederlandse vreemdelingendienst hier precies van?

Over zulke dingen wilde Nenad het liefst helemaal niet praten.
Wat dat betreft had hij het liever over zijn studiemogelijkheden.
Over mogelijkheden om muziek te spelen.

Over zijn studie.
Afgaande op de stukken moet Nenad een bolleboos zijn geweest.
In een getuigschrift over zijn eindexamen in 1981 middelbare opleiding econoom, richting programmeur, haalde hij het in de toenmalige socialistische republiek hoogst denkbare: uitstekend.
Dit "uitstekend" gold niet alleen voor de exacte vakken, zoals economie, en programmeren.
Het gold bijvoorbeeld ook voor het vak "theorie en praktijk zelfbestuur in het socialisme".
In Nederland is het niet anders: Alle schooljuffen zijn razend enthousiast over zijn vorderingen in de Nederlandse taal.

Tussen de regels door lees ik, dat deze prestatie niet alleen te maken heeft met zijn intelligentie.
Zijn drang om Nederlands tot in de perfectie te beheersen werd volgens mij gevoed door een - overigens nooit door hem uitgesproken - diep gevoel om hoe dan ook in Nederland te blijven.
Geen enkele afwijzing, noch over zijn asielaanvraag, noch over zijn uitkering, noch over studiefinanciering kon hem tegenhouden:
Nenad had in Nederland zijn onvoorwaardelijke liefde gevonden.
Een eeuwige liefde voor het onafhankelijk leven in Amsterdam.
Dat zou hij zich nooit meer laten afpakken.
Met een niet aflatende glimlach, maar vooral met zijn magische accordeonmuziek stemde hij iedereen tot een liefdevol, maar luisterend stil zwijgen: Zo was het! En niet anders!

In de afgelopen tien jaar werd Nenad onze huisaccordeonist.
Hij heeft tientallen keren in programma's, die AIDA organiseerde, gespeeld. Het liefst betaald. Maar als er geen geld was, of als er actie gevoerd moest worden, dan speelde hij met even veel plezier.
Nenad heeft op de meest uiteenlopende plaatsen gespeeld.
In Maison Descartes. Bij de Gerrit van der Veen Scholengemeenschap.
In De Balie, De Rode Hoed, Perdu. Waar dan ook, het maakte hem niet uit. Als AIDA het organiseerde, dan deed hij mee. Punt. Uit.

In de loop van de jaren ben ik er achter gekomen, dat Nenad over een ongekend breed muziekrepertoire beschikte.
En dat hij met welke muziek dan ook moeiteloos zijn publiek wist te vinden.
Maar over deze persoon, Nenad de muzikant, zal mijn broer Leo praten.


Herman Divendal
Donderdag 9 februari 2006



[Taken from AIDA Nederland site.]